Het personage uit de Asturische en Cantabrische mythologie, helpt niemand, maar richt ook geen grote schade aan, hoewel hij grote ongemakken veroorzaakt. Hij is spottend en ondeugend, neemt voor zijn grappen de vorm aan van dieren of mensen, maar loopt weg als God, Jezus Christus of de Maagd wordt genoemd. Er zijn verhalen bekend van boeren die een dier kwijtraken en na een zoektocht menen het te vinden en het mee naar huis nemen, totdat het wegloopt en de eigenaar bespot. Als zij hem op hun schouders dragen, urineert hij bij aankomst op hun nek. Op andere momenten, als de dorpeling hem in de stal zet, wordt hij ‘s nachts gewekt door een hard geluid, en als de deur wordt geopend rennen alle dieren bang weg. Als hij een menselijke vorm aanneemt, wordt hij vaak verraden door zijn geitenpoten. Hij neemt ook de vorm aan van een verlaten baby en niemand merkt het totdat hij gevoed en opgewarmd is, op welk moment hij lachend ontsnapt.